Met de meeste kinderen gaat hun moeder mee, met sommigen ook de vader. Op 6 juni worden vooral kinderen tot 4 jaar weggevoerd, de volgende dag de kinderen van 4 tot 16 jaar. De meesten worden al op 8 juni vanuit Westerbork op transport gezet naar Sobibor, waar ze na aankomst op 11 juni meteen worden vermoord.
Van de 1296 kinderen die met het Kindertransport meegingen, sterven er 1269 in Sobibor. Een klein aantal kinderen overleefde de oorlog. Van sommigen is het lot onbekend.
Er blijven na het Kindertransport nog 150 kinderen in Vught.
In totaal gaan er ongeveer 1650 volwasssenen met het transport mee.